12.a Kraamvisite

Het was een heerlijk beschuitje. Met drie kleuren: roze, witte, en blauwe muisjes. Hups, Mups, Pupsje, Mupsje en Dupsje waren de eerste op kraamvisite. De kinderen zaten de hele tijd naar babykaboutertjes te kijken. Pupsje en Dupsje naar Woutertje en Mupsje zei: "Loutertje is veel schattigerder dan Woutertje. Kijk maar."

11.c

"Liesinnetje, waar ben je?" "Boven!" Ze lag in bed met twee baby’s. Woutertje het Kaboutertje(een jongen) en Loutertje het Kaboutertje(een meisje). "Nodig over een week maar de Rupsen uit. Die dag daarna de Apen. Die dag daarna Kees, en daarna de Dassen. Die dag daarna Jeroen en daarna Plak."

11.b

Het was een leuke dag geworden. Ze hadden in een bunker gezeten. Nou gingen ze terug. "Wèèèh, wèèèh!" "Het lijkt wel babygehuil!? Hoe kan dat? Heb jij een baby gezien, Hups?" "Nee. Maar tot morgen, hè?"

11.a Babykaboutertjes

"Kom je naar het museum, Liesinnetje?" "Nee, ik voel me zo moe, Wouter. Ik vind het jammer. Ga maar met de Rupsen." "Ja. Dag!" "Tot ziens!"

10.b

"Hè, hè. Eindelijk. Het zand!" Mups en Mupsje waren nu niet doodsbenauwd, ze waren nu doodmoe! Lekker bij de zee. Sjonge jonge, ze moeten straks ook nog terug. Maar gelukkig eerst even spelen!

10.a Bladaret

In bladaret was een rotsstrand. Mups en Mupsje waren doodsbenauwd toen Hups, Pupsje en Dupsje over de rotsen keken; heel hoog. Daarna kon Mupsje niet meer lopen. Want haar ene voet was verzwikt, en haar andere voet had ze gestoten aan een scherpe steen. Daarop staan kon ze niet want dan deed het héél erg pijn. "Niet zeuren!" Hups, Pupsje en Dupsje liepen ver vooruit. Dat was vervelend.

9.c

Ze gingen daarna naar de Snack Donalds om te eten. Ze namen een Happy Meal. Er zat een karretje in met een lampje. Op het doosje zat een spelletje. En met een Happy Meal wordt het een Happy Day.